Bert van Dijk

Bravo-peloton Ost-cie, 48ste Painfbat. lichting 73-5.
De mortiertrekker had een voordeel boven de gewone pantserinfanterieversie van de YP408: Er was ruimte voor een uitgebreide ritselkist. (Voor de niet-ingewijden: een ritselkist was een container (veelal een oude munitiekist) die de dpl. soldaat meenam op oefening, en waarin hij noodzakelijke, niet van dienstwegen uitgereikte materialen meenam.

Denk daarbij aan een campinggasbrander, een 1-liter-pan, een koekenpannetje, pakjes soep, blikjes smack en eieren, vooral veel eieren.)
Een pantserinfanterie YP bood plaats aan tien man. Een mortiertrekker bood plaats aan vier man plus een munitierek. Dat munitierek was tijdens oefeningen niet in gebruik. Het was dus een uitstekende opslagplaats voor ritselmateriaal. In een lege granaatkoker pasten een hele rij doosjes met eieren, of een stapel soepblikken, en met enige oefening kon je eieren bakken terwijl de YP door het oefenterrein reed: 1 persoon hield het campinggasbrandertje vast en een ander het koekenpannetje, met een deksel erop om het ei in de pan te houden bij kuilen en hobbels. De soldaat op de foto is Frans Mollier ("Molly") (Bravo-plt. lichting 73-5, Ost-cie 48ste Painfbat, Koning Willem I-kazerne, Den Bosch), tijdens een oefening bezig met het bereiden van een pannetje soep.

De YP was uitgerust met een aantal LAW's (M72 66mm Light Anti-tank Weapon).

Het was gebruikelijk om op het ASK voor elk peloton een of twee LAW's af te vuren, als demonstratie. Die dingen waren nogal duur... Tegen het eind van elk jaar trad er echter een bijzonder verschijnsel op: Als een dienstonderdeel munitie over had, kreeg het het volgende jaar een lagere toewijzing. Het was dus zaak te zorgen dat alles opging, ongeacht de kosten. Toen wij (48ste, Ost-Bravo, 73-5) aan de beurt waren voor de LAW-demonstratie was het december. Dus kregen wij de man drie LAW's uitgereikt. Ik heb er persoonlijk een tank mee onthoofd (nadat andere schutters het nodige voorwerk hadden verricht).

De chauffeur van onze YPW-MT was een korporaal-TS. Dat waren jongens (in mijn tijd nog geen meisjes) die voor een aantal jaren, zes als ik me goed herinner, een dienstverband aangingen. Naast het militaire werk zouden ze dan de gelegenheid krijgen om een studie te volgen. In de praktijk schoot die studietijd er vaak bij in, omdat er weer eens een oefeningetje gedraaid moest worden. Werkelijk alles had voor de dienstleiding een hogere prioriteit dan de studie van de korporaals-TS.
Als we ze wilden stangen zongen we, op de wijs van de Zuiderzeeballade,
"Hij mag niet balen,
hij mag niet balen,
hij moet nog jaren mee,
op die kut-YP"

Na een oefening was een van de eerste stopplaatsen de spuitplaat, waar de YP met behulp van een brandspuit van het vuil werd ontdaan. Ook de mortieren werden dan even meegenomen

Het enige wat deze foto met de YP408 te maken heeft is dat het mortier door een YP werd getrokken. Maar het is wel een mooi plaatje: Een 120 mm mortier 's nachts in aktie in het Artillerie Schietkamp (ASK) bij Oldebroek.
De foto is gemaakt door de sluiter van de camera open te zetten, te wachten tot het mortier vuurde, en de sluiter weer dicht te doen. Het mortier verzorgde dus zijn eigen flitslicht. Het ziet er overigens een stuk spectaculairder uit dan het is. Het grootste deel van het mondingsvuur is in werkelijkheid stof in de lucht dat wordt verlicht. De kardoes (afvuurlading) van een mortiergranaat bestond uit tien plastic ringen gevuld met explosieven. Daarvan mochten er op het ASK maar maximaal acht worden gebruikt. Het verhaal ging dat er eens een mortiergranaat akelig dicht bij het spoorwegstationnetje van Oldebroek terecht was gekomen...

TERUG